Eind 19e eeuw, Leopold II wil een goede scheepvaartverbinding tussen Antwerpen en “zijn” Congo. Op 6 februari 1895 vertrekt de eerste “Congoboot”, de “Léopoldville” van de rederij Cie Belge Maritime du Congo (nu CMB), als eerste schip uit Antwerpen richting Matadi.
Bijna 100 jaar lang zullen de Congoboten, ook wel “Ville-boten” genoemd, de lijndienst Antwerpen – Matadi verzekeren.
Met een vloot van 5 schepen is er om de 2 weken een afvaart uit Antwerpen.
Het zijn luxueuze passagiersschepen maar tegelijkertijd ook polyvalente vrachtschepen. Ze brengen missionarissen, kolonisten, ambtenaren, avonturiers, en allerlei vracht naar Afrika. Op de terugreis vervoeren ze “koloniale waren” zoals koffie, katoen en palmolie, kopererts, kobalt maar ook slagtanden van olifanten (de handel in ivoor was toen nog legaal), exotische dieren voor de Antwerpse Zoo.
De onafhankelijkheid van Congo in 1960 èn de opkomst van de goedkopere en snellere vliegtuigverbindingen betekenen het einde van de Congoboten. De vloot wordt herleid tot één schip en in 1989 wordt de laatste Congoboot, de "Fabiolaville" verkocht.
Capt. Geert De Vriese die in het begin van zijn loopbaan nog meevoer op de Ville-boten als kadet, vertelt u het verhaal van deze legendarische schepen.